| Jaarverslagen gemeente Den Haag | pagina 577
(Uit het Haagsch jaarboekje 1894);
(Uit het Haagsch jaarboekje 1894);
j van Rooijen, zes jaargangen het Haagsch jaarboekje 18891894.
Een portret van Louis Ernest Maritz, Geschutgieter als voren (zie over hen het Haagsch Jaarboekje voor 1895).
Haagsch Jaarboekje voor 1895, orgaan der vereeniging „die Haghe”.
", in Haagsch Jaarboekje voor 1895).
Het Kalhuis en de Brug te Scheveningen Lith. door J. G. Smits (zie hierover Haagsch jaarboekje van 1890). ... De portretten van Jean en Louis Ernest Maritz, geschut- gieters in het laatste der 18e eeuw (uit het Haagsch jaar boekje voor 1895).
Van de Vereeniging ;,die Haghe” het Haagsch Jaarboekje voor 1896. Orgaan dier Vereeniging
Deze 3 laatste afbeeldingen komen voor in het Haagsch Jaarboekje voor 1896.
Haagsch Jaarboekje voor 1897. Grootendeels gewijd aan de familie Huygens.
(Zie over deze Paleizen en voornamelijk over het Huis Ter Horst het Haagsch Jaarboekje voor 1897 bl 337 e. v.).
Verkoopbillet van het Huygenshuis op het Plein, sedert het Departement v. .Justitie, 10/17 Dec. 1827, houdende volledige beschrijving v. h. huis. (Zie Haagsch Jaarboekje blz. 67 en v. van 1889, en
Een bronzen medaille in Antwerpen geslagen in 1895, be trekking hebbende op bet Haagsch Verdrag van daarover Haagsch Jaarboekje van 1897, hl. 328, ... Een zilveren gedachtenispenning op het overlijden en de begrafenis in de Groote Kerk van den Zeer Eerwaarden Heer Pastoor A. van der Sluijs; 1820. (Zie over dien geestelijke ’t Haagsche Jaarboekje
Het Haagsch Jaarboekje voor 1898. ... 1) Zie over het Haagsch aardewerk en Cat. der voorwerpen.
het Haagsch ... Ook werden enkele photographiën genomen naar schilderijen of voorwerpen, ter illustratie van tijdschriften en 1 Jaarboekje.
Haagsch Jaarboekje voor 1899.
Een stel platen en portretten, in lichtdruk, vooikomende in het Haagsch Jaarboekje voor 1899 (Zie rubriek voorwerpen); ook verschenen in Pracht editie, onder den titel: Oranje-Album. Van die welke
Ook werden eenige photographieën genomen naar prenten en portretten uit den Hist: Topogr: Atlas, ter reproductie in het Haagsch Jaarboekje voor 1899 (Oranje-Album).
Zie voor dit feit en eenige levensbijzonderheden van Simon Stevin, Haagsch Jaarboekje 1899 (Oranje-Album) blz. 63 - 66 en noot blz. 69 en Eigen Haard van 21 en 28 Januari 1899. ... Een Haagsch porceleinen kop en voorstellingen uit het militair leven. Gemerkt met het fabrieks merk: de Ooievaar in blauw.
Van de Firma Mouton en C°. uitgevers van het Haagsch Jaar boekje 1899 (Oranje Album). ... Zie bovengenoemd Jaarboekje bl. 211.
(1) Zie Haagsch Jaarboekje 1897.
onderschrift toe te schrij ven aan D. Marot. De teekening is afkomstig van Notaris Trouillé en een gelijktijdig stuk. Tot heden was de ontwer per van het Monument niet bekend. (Zie Haagsch Jaarboekje 1895 blz
HAAGSCH JAARBOEKJE
HAAGSCH JAARBOEKJE
haagsch jaarboekje
HAAGSCH JAARBOEKJE
HAAGSCH JAARBOEKJE
«.Eet Haagsch Jaarboekje heeft zich reeds vele vrienden gemaakt 1Deze bemoedigende mededeeling deed mij met lust en ijver het Mengelwerk voor den tweeden jaar gang samenstellen. Velen waren mij ... Indien ik iets moet betreuren dan is het dit, dat eene beperkte ruimte ook beperking in de mededeelingen eischt. Wat nood echter Als het Jaarboekje een hoogen ouder dom mag bereikendan is er plaats
Zie ook Haagsch Jaarboekje voor 1889, blz. 58, e. v.
HAAGSCH JAARBOEKJE
HAAGSCH JAARBOEKJE
Art. 7. De geschriften der werkende leden, voor zooverre zij daartoe geschikt zijn, dit ter beoordeeling van het bestuur, zullen voorloopig geplaatst worden in het Haagsch Jaarboekje, wanneer dit tot
Waar het ons doel is telken jare in dit jaarboekje op een belangrijke aanwinst van te wijzenkiezen we voor ditmaal het Artz zoo kenmerkende doek Het naar der kuddedat, de laatste aanwinst is ... Voornamelijk onze stadgenootendie de kern der lezers van dit jaarboekje vormenzullen geen aan sporing behoeven om op te gaan naar het gebouw, op den hoek van den Korten Vijverbergom het stuk voor de
Dichtkunst, in, waerna alle de leden een vriendelijke Maeltijd hielden. ('s-Graven- haagsche Vrijdagse Courant van 16 Oct. 1772 N°. 125.) Zie Haagsch Jaarboekje, 1889 bl. 63.
HAAGSCH JAARBOEKJE
Met lust en ijver toog ik dan ook weder aan den arbeid, en bracht het mengelwerk voor dezen nieuwen ■jaargang van het Haagsch Jaarboekje bijeen, onderwijl ik een wakend oog liet gaan over het ... Jaarboekje is geworden, spiegelt er
Art. 7. De geschriften der werkende leden, voor zooverre zij daartoe geschikt zijn, dit ter beoorde.eling van het bestuur, zullen voorloopig geplaatst worden in het Haagsch Jaarboekje, wanneer dit
Zooals aan de meesten Uwer uit de toezending van het Haagsch Jaarboekje voor 1892 reeds is gebleken, is aan het voornemen van het bestuur, om dat werk als orgaan onzer vereeniging aan te nemen ... , gevolg kunnen gegeven worden. De eigenaar dezer uitgave, onze Voorzitter, tevens redacteur van het Jaarboekje, werd daartoe belangeloos bereid gevonden, en blijft zich met de redactie belasten.
conditiën voor het buitenland gemaakt, die in het Nederlandsch vertaald, door den Heer J. C. van der Muelen in het Haagsch Jaarboekje van 1889 blz. 6784 ingezonden zijn.
Ten slotte zij aangestipt. dat onze Voorzitter, met machtiging van het Bestuur der Vereeniging op de Sporttentoonstelling heeft ingezonden de vier jaargangen van het Haagsch Jaarboekje, met het oog
ondergeteekende zich tegen «De Nederlandsehe Spectator” verdedigt omtrent zekere woorden, welke door hem gebruikt zijn in het «Haagsch Jaarboekje -1892.” Pag. 37 en 44.
In 't Haagsch Jaarboekje 1889. bladz. 53 e. v., werd door onzen geachten Gemeente-Archivaris medegedeeld, waar en wanneer de stoffelijke overblijfselen der gebroe ders de Witt, in de Nieuwe Kerk
bovengemeld Haagsch Jaarboekje.
HAAGSCH JAARBOEKJE
Het Haagsch Jaarboekje komt met alle bescheidenheid weder gehoor vragen. Zijn redacteur is met dankbaarheid vervuld. Eensdeels omdat de medewerking groot waszóó groot zelfs, dat reeds voor den ... het Jaarboekje als goed en degelijk te stempelen
Haagsch Jaarboekje ... Haagsch Jaarboekje
geschiedenis, dat hij een werkzaam deel van onze Vereeniging wil uitmaken. De heer van Heijst heeft dit reeds getoond door het allerliefste dichtstukje, dat hij ons voor het Haagsch Jaarboekje afstond, en
van den zilversmid Verhoed' die bij den moord tegen woordig was. (Zie Haagsch Jaarboekje 1894, blz. 96 e. v.)
tot den bouw van enne nieuwe kerk. Dat van den laatsten werd gekozen. (Zie Haagsch Jaarboekje van 1893, blz. 156.)
-apotheker, woonde op de Hoogstraat (oostzijde) in de Souverg, mijn Haagsche doctoren bl. 55, doch vooral mijn opstel in het Haagsch Jaarboekje voor 1893 bl. 12.
1874 in den Nederl. Spectator en in het Rotterd. Jaarboekje, menige bijzonderheid omtrent van werk voorkomt. ... plattegrond van ’s-Gra- venhage in ’t bezit van het Rijks-Archief, en werd daar van. ten behoeve van den Atlas van het Haagsch Gemeente-Museum een copie vervaardigd.